Alice lag op de grond, in het bos. Haar armen had ze achter haar hoofd, als een soort kussentje. Ze keek naar de wolken, en de natuur om zich heen. Ze zuchtte diep, en stond toen op.. Dit was misschien een geschikt moment om te kijken wat ze allemaal kon! Ze zette haar handen voor zich, en keek voor zich uit. Een zwarte straal verscheen, en op de plek waar de straal eindigde, waren alle bloemen dood. Geschrokken keek ze ernaar. ''Heel, alsjeblieft, herstel.'' mompelde ze, en deze keer kwam er een rode straal, dat alles weer herstelde. Ze keek naar haar handen.. Duisternis, en liefde. Ze zuchtte diep.. De duistere straal was best krachtig, en kon dus blijkbaar alle planten doden, zonder enige twijfel.. Ze schrok toen ze wat achter zich hoorde. ''Wie is daar!?'' riep ze, terwijl ze haar handen voor zich hield, zodat ze zou kunnen aanvallen, indien nodig.